vrijdag 29 november 2019

Heeg, geen Âldwal

Onze vaarvakanties in Nederland

Het is 19 juli 2008 wij (m,v, d 14, z 13) zijn met onze boot op vakantie.

's Avonds in het schemer arriveerde op het eilandje nog een aardig Duits stel, dat voor het eerst voer, die wij hielpen wij nog even met afmeren. En's avonds hadden wij het ook nog even over de plannen voor deze dag. Niet naar Woudsend, maar nog lekker een keer de wildernis in voorbij Gaastmeer. 's Morgens na 't vertrek werden wij overvallen door giga buien op de Jeltesloot, waar de brug inmiddels verdwenen was en ook nog een klap onweer. Op het Heegermeer stormde het best, dus gingen wij in plaats van de rimboe in toch maar naar een passantenhaven hier in het dorp (Heeg). Da's het fijne van vakantie, je neemt het zoals het komt en past gewoon elke dag je plannen aan.

Wij hebben hier toch maar weer lekker geboodschapt bij de Coop en heerlijk gegeten. Mij lief had gekookte (1e x deze vakantie) aardappelen, heerlijke speklapjes met jus en komkommersla gemaakt, terwijl ik met onze hond aan het hardlopen was naar de Lytse Geastmar en weer terug, mooie omgeving met verre horizon. Vanavond gaan dochter en zoon misschien wel even naar de disco in de Âldwal en hoe wij morgen varen hangt af van windkracht, windrichting en regen. 's Avonds was het hier wel redelijk zonnig.

Dochter (cynisch)
Disco was ook te gek! allemaal live muziek van bekende rappers. Jammer dat pap en mam niet naar binnen mochten, maar ja boven de 16 kwam je d'r niet in...

Tsja eronder ook niet...

Het weer de 20ste was aardig.

Dronten, Wisentbos


9-7-2009 Wij gaan met zijn vieren (m,v,d 15, z 14) met de boot op vakantie.

Vanmorgen na een lekkere nacht om 10 uur van huis gegaan. Het was onstuimig en we voeren om half 11 tijdens een bui weg naar de Spooldersluis. De sluis ging net weer dicht aan onze kant. Half 12 waren wij er weer uit. De stroom mee, maar de felle wind tegen naar Kampen. Wij klapten soms best in de golven, vooral bij de IJsselmonding. Maar ja, toen links naar de Ketelsluis en na wat gemier met een touw bij de 2e sluis, richting Dronten. Kwart over drie kwamen wij aan bij het Wisentbos voorbij Dronten, een prima plekje. Mijn zoon en ik hadden nog een heel eind met onze hond in het bos gelopen. Daarna weer, maar nu in plaats van mijn zoon mijn lief en hond.

Dochter en zoon nog even zwemmen met het nieuwe rubberbootje erbij (lol). Bakaardappeltjes, boontjes en kipkluifjes gegeten en maar weer een leuke wandeling in het bos met mijn lief en hond. De kinderen gaan nog even op de fiets naar Dronten om te skaten en te chillen. Morgen blijven wij na deze onstuimige vaardag hier nog een dagje plakken, hier heb je niet zo’n erg in het ‘herfstachtige’ weer.

10-7-2009
Vakantie is heerlijk! Maar… vanmorgen was het regen, regen, regen en nog een regen. Het was al ver in de middag voor het weer beter werd. Mijn vrouw en dochter zijn toen (pas) even te winkelen gegaan. Daarna zijn mijn zoon en ik er even op de fietsen vandoor geweest. Mijn zoon zijn skates mee. De skate-accommodatie in dit polderdorp is niet best volgens hem. Wij blijven lekker een hele dag op deze plek. Het plekje bevalt ons en niemand valt ons lastig. Dit is vakantie vieren.

Morgen vertrekken wij desondanks toch weer (is ook vakantie vieren).

Volendam, overgestoken

Onze vaarvakanties in Nederland


13-07-2009

Vanmorgen vertrokken uit de jachthaven van watersportvereniging Blocq van Kuffeler in Almere...

Wij konden ons mooi richten op het vuurtorentje van Marken. Daar voeren wij omheen en wij voeren naar een nieuwe haven in Volendam die nog niet op onze een paar jaar oude waterkaart stond.

en mooie haven met erachter een Roompot vakantiepark. Mijn vrouw en ik gingen op de fiets door het dorp om boodschappen bij Dirk van der Broek. Daarna hebben wij lekker even in het zonnetje gezeten. Op zijn tijd deden wij in wisselende samenstelling een rondje met onze hond, door het dorp langs de Dijk en het stadion van Volendam.

De kinderen hebben nog gezwommen met de rubberboot erbij. Ja het is hier best leuk maar erg toeristisch, toch echt genieten. Veel gezien en veel foto’s gemaakt. Mijn vrouw en ik aten vandaag een zelf gemaakte salade, de kinderen patat. En het werd gezellig donker.

Meer over en vanuit Volendam staat in onderstaande stukjes

Konijn

Mijn zwager en mijn zus hadden eens een konijn gekregen van een man die er vanaf wilde. De man had een Turks uiterlijk, de naam van dit konijn werd dus Turkie. Mijn zus schonk ergens in de 90-ger jaren Turkie aan ons. Eerst hielden wij hem in een nogal klein konijnenhok terwijl het een groot konijn was. Later breidde ik onze kippenren uit van nog geen 2 meter lengte naar een meter of 6. Onder in de ren ook gaas gedaan, aan de zijkanten fijnmazig gaas. Toen besloten wij alle huisdieren die daar konden wonen (dus niet de hond, kat en vissen) daar te gaan huisvesten. Zo kreeg Turkie een veel grotere leefruimte tezamen met kippen, kanaries, grasparkieten en nog een tweede hands konijn Bas Kloris. Let verder niet op de namen, want ze waren allebei van het vrouwelijke geslacht.

Beide onze tamme konijnen, hoewel Turkie beste bokkesprongen kon maken, waren aanmerkelijk groter dan het wilde konijn, dat je op heel veel plekken in Nederland tegenkomt, er heeft al eens een in onze achtertuin gestaan, toen Bas Kloris nog leefde en in de ren stond.

Je komt ze ook tegen in Wildpark Lelystad daar zijn het net als de reeën die je er ook ziet het wild, dat aan de  ‘goede’ kant van de afrasteringen loopt.


Het konijn (Oryctolagus cuniculus) is een zoogdier uit de familie der hazen en konijnen (Leporidae). Het is de enige soort uit het geslacht Oryctolagus. Het konijn wordt veel gehouden als huisdier.
Konijnen behoren niet tot de knaagdieren. Knaagdieren beschikken in het bovenste deel van het gebit over maar twee snijtanden, terwijl haasachtigen er vier hebben, waarvan de twee stifttanden achter de bovenste snijtanden staan. Het konijn leeft alleen van plantaardig voedsel. Ook eet ook het zijn eigen keutels op
Het wilde konijn heeft een kop-romplengte van 34 tot 50 centimeter en een lichaamsgewicht van 1,2 tot 2,5 kilogram. De staart is 4 tot 8 centimeter lang. Wilde konijnen zijn voornamelijk grijsbruin. De dieren hebben ook een roodbruine vlek in de nek. De oren van deze holengravers hebben een bruin puntje, de bovenzijde van de staart is zwartbruin. De buikzijde is blauwig grijs, de onderzijde van de staart is wit. Deze valt zeer op als hij wordt opgewipt. Sommige konijnen die maar half wild zijn kunnen wit of zwart zijn. Bij het wilde konijn zijn de oren maximaal tien centimeter lang en korter dan de kop.

Lelystad, Natuurpark

Onze vaarvakanties in Nederland

11 juli 2009

Met zijn vieren met de boot op vakantie. Wij liggen aan een steiger in het Wisentbos bij Dronten.

Zo beleefde mijn zoon (14) het:
Vandaag hebben we ’s ochtends gezwommen en mam deed net als een zeehond hoe-oe-woe enz. Na het ontbijt hebben mama en ik kleren gewassen en zijn wij ook gaan varen naar Lelystad. Eerst was ik chagarijnig, want ik mocht niet skaten. Mama en papa hebben geverfd. Later mocht ik toch skaten, ik ben naar de skatebaan geweest samen met papa. Met mijn zus ben ik naar het Natuurpark geweest. We hebben paarden gezien en otters. 

En mijn dochter (15) beleefde het zo:
’s Ochtends toen ik nog lekker lag te pitte werd ik al om 9 (!) uur wakker dus heb ik ze overgehaald een verfrissende duik te nemen, heerlijk water, maar mijn broer en ouders hebben altijd wat te zeuren dus die vonden et koud ;) en mijn broek was kapot maar mama gaat thuis proberen te maken. En we gingen varen @Lelystad en ik ging verven met mama en mijne is heel goed gelukt en @Wildpark met mijn broer was ook leuk en papa doet stoer. Maar net nu er focking veel leuke dingen in 038 zijn ben ik op vakantie mja, jmmr ma helaas 
xxx
przewalskipaarden in Natuurpark Lelystad

Morgen varen wij verder naar Almere.

Het Przewalskipaard (Equus ferus przewalskii) is een wilde ondersoort van paarden enwerd vroeger gezien als een van de 3 ‘stampaarden’ waaruit de huidige rassen zijn ontstaan. Inmiddels is gebleken dat de huidige paardenrassen ontstaan zijn uit zeker 7 verschillende typen oerpaarden en dat de Przewalski daar niet een van is. De Przewalski is samen met de Exmoor de enige paardachtige die nog in zijn oervorm bestaat, en vormt daarmee de verbinding tussen de paarden van nu en de oerpaarden. Zijn naam dankt het paard aan zijn ontdekker, kolonel N.M. Przewalski.
In 1967 werd het laatste wilde paard in Mongolië gezien. Sindsdien werd  dit paard voornamelijk nog gehouden in dierentuinen. Er is een uitzetprogramma om de paarden weer terug in het wild te krijgen op de steppen van Mongolië.
Het grote verschil tussen het Przewalskipaard en andere paardenrassen is dat dit paard 66 chromosomen heeft, terwijl alle andere rassen maar 64 chromosomen hebben. Ondanks dit genetische verschil kun je het Przewalskipaard wel kruisen met andere paardenrassen.
Het Przewalskipaard heeft veel primitieve kenmerken. Zo hebben de dieren een groot hoofd, een recht profiel, lange oren en een korte hals en benen, een rechte rug en zijn schoft is niet zichtbaar. De kleur van het Przewalskipaard is wildkleur bruin en zijn benen hebben vaak zebrastrepen. Ook is het paard in bezit van een duidelijke aalstreep die doorloopt tot in de staart. De manen worden niet langer dan 20 cm en staan vaak rechtop,zijn vaak erg borstelig en er ontbreekt een maantop. De staart van het Przewalskipaard heeft aan de bovenkant korte haren, aan de onderkant zijn ze lang en grof. De schofthoogte ligt tussen de 1,22 en 1,44 meter.
In het wild is het Przewalskipaard agressief en onstuimig. Hengsten doen alles om hun kudde te beschermen. Paarden die in gevangenschap leven zijn zeer moeilijk tam te maken. Ook hebben de paarden een groot uithoudingsvermogen en zijn ze erg snel. Ze kunnen een snelheid van 60 km per uur halen. Het Przewalskipaard was een wild paard, en is voor zover bekend nooit gedomesticeerd geweest. Mogelijk is het door de Mongolen wel gekruist met hun gedomesticeerde paarden.

Natuurpark Lelystad, meer belevenissen en dieren:





Judasoor

Na het ontbijt in ons vakantiehuisje van die midweek bij het Zwiggelterveld in Drenthe maakte wij na ons ontbijt een ochtendwandeling met onze hond en in een houtwal op een dode stam tussen twee velden kwamen wij judasoren tegen.

Judasoor (Auricularia auricula-judae, synoniem: Hirneola auricula-judae) is een zwam uit de familie Auriculariaceae. Judasoor neemt bij droog weer in omvang af en in weer in omvang toe bij vochtiger omstandigheden. Onder vochtige omstandigheden is het 2-8 cm grote judasoor een roodbruin tot olijfbruine zwam, die zacht aanvoelt en elastisch kraakbeen-achtig is. Vaak treft men hem aanlijkend op een sterk gewelfd en enigszins doorzichtig oor met de opening naar onder. De buitenzijde is fijn viltig, de binnenkant glad of geaderd en wat lichter van kleur. Judasoor groeit het hele jaar op oud of dood loofhout in Nederland en België.  De zwam heeft een voorkeur voor de vlier en gedijt het beste op schaduwrijke plaatsen met een hoge luchtvochtigheid. Het is een algemene en zich uitbreidende soort. Judasoor veroorzaakt witrot wanneer hij als parasiet op een levende gastheer leeft. Als de gastheer sterft wordt het judasoor een saprofyt. Judasoor is eetbaar en wordt veel gebruikt in de Chinese en Japanse keuken. De zwam kan ook worden gedroogd en dan worden gegeten.

dinsdag 26 november 2019

Kleverig koraalzwammetje

Wij waren een wandeling van een kilometer of zes aan het maken in november over het Zwiggelterveld, links bos, rechts heide en vlak voor ons hele leuke kleine oranje gele zwammetje, maar even opzoeken wat het is:



Het kleverig koraalzwammetje (Calocera viscosa) is een schimmel uit de familie Dacrymycetaceae. De soort leeft als saprofyt op sterk vermolmde stronken en stammen van naaldbomen. Het schimmelweefsel (mycelium) groeit in het hout. In de herfst worden de paddenstoelen (vruchtlichamen) gevormd. De kleverige koraalzwam komt voornamelijk voor op rottende stronken naaldhout. Het is een algemeen voorkomende soort. Het vruchtlichaam is 4-8 cm hoog en vertakt als een gewei of koraal. De kleur is opvallend oranjegeel. Bij het opdrogen wordt het vruchtlichaam hoornachtig en donkerder oranje van kleur.

Grote sponszwam


Als je eens op een andere plek de natuur in gaat, dan waar je normaal in de buurt van je woning gaat kom je weer heel andere dingen tegen. In de wat drogere bossen op de Veluwe heb ik ze niet gezien. Ook niet op de klei in de polder, maar in de vochtige zandige omgeving van het Zwiggelterveld zag ik ineens een zwam die wel leek op een spons.

Grote sponszwam

De grote sponszwam (Sparassis crispa) is een eetbare paddenstoel uit de familie van de Sparassidaceae behorend tot de orde van Polyporales, waarvan de grote geel tot donker geelbruine paddenstoel lijkt op een spons. De grote sponszwam komt voor in Europa, Noord-Afrika, Azië en Noord-Amerika. De paddenstoelen zijn 10 – 40 cm breed, 10 - 15 cm hoog. Het bleekgele, taaie, kruidige vlees heeft een nootachtige smaak en een zoete geur. De zwam komt voor op zandgrond in open bossen aan de voet van boomstammen en op stompen van naaldbomen, vooral op grove den. Verder komt ze voor op larix, fijnspar en douglasspar. De paddenstoelen zijn van juli tot december te vinden, maar vooral in september en oktober.

Orvelte, mistig en koud

Wij zaten in een rustige november midweek in een mooi huisje in het Drentse Zwiggelte. op de eerste volle dag dat wij hier zaten besloten wij even naar het museumdorp Orvelte te rijden. Wij hadden onze eerste twee rondes met de hond al gedaan en het was al laat in de ochtend, maar wel erg koud het was 0 graden, 's nachts had het een beetje gevroren en mistig.

De grote parkeerplaatsen rondom het dorp waren bijna leeg. Wij gingen er een rondje lopen. Het Jan Kruis museum is hier ook, dat was nog niet open. Volgens mij zijn wij er nog geen tien mensen tegen gekomen. Logisch dat alles dicht was en je alleen buiten kon rond kijken. Wij konden wel nog wat mooie plaatjes schieten. Ook het toilet bij de parkeerplaats was op slot. Gelukkig staan er zat bomen.


De auto weer in en nog even naar Westerbork voor een krant uit de Bruna en boodschappen van de Lidl. 

Zwiggelte, Zwiggelterveld

Het is november en wij hebben een huisje geboekt bij de ingang van het Zwiggelterveld in het Hart van Drenthe, een prachtig plekje en ideaal om onze hond uit te laten.
de Steenuil heet het huisje

Na het inchecken en de hond uitlaten gingen wij eerst nog even naar het wat grotere dorp in de omgeving Beilen, daarna hebben wij ons echt geïnstalleerd in dit heerlijke huisje.

De dinsdag t/m vrijdag dat wij hier waren hebben wij ontzettend veel tijd besteed aan het wandelen in de bossen, akkers en velden achter het huisje. Het was er heerlijk rustig en je kwam er (bijna) niemand tegen.
wandelen door het Zwiggelterveld

Je kwam er van alles tegen berken in alle fases tussen jong en al lang dood en rot met bijbehorende berkenzwammen, eiken, koolmeesjes, buizerds, voederbieten, hulst, vliegenzwammen, mist, rijp, regen, een beetje zon, heide, zelfs een dassenburcht. Ook sparren, dennen en Amerikaanse eiken en een zwam die judasoor heet kom je hier tegen.
 1 v/d ingangen van een dassenburcht
Andere bijzondere zwammen die wij hier nog tegen kwamen waren de grote sponszwam en het  kleverig koraalzwammetje, de laatste volle dag hebben wij nadat wij 's ochtends heerlijk het zwembad voor ons alleen hadden, 's middags voor het donker werd nog kilometers gewandeld met onze hond. Prachtig!

Ook het museumdorp Orvelte en Westerbork hebben wij op een ijskoude woensdag nog even bezocht.


Natuur in het Zwiggelterveld:





Beilen, even winkelen

Het is november en wij hebben allebei een weekje (grotendeels) vrij van werk en andere verplichtingen. Wij kunnen mooi weer eens een midweekje samen met onze hond eropuit.
Kort voor vertrek iets boeken is in deze tijd van het jaar is een eitje. Wij konden dinsdagmorgen pas vertrekken, naar onze eindbestemming Zwiggelte, maar een uurtje noordelijk van onze woonplaats. Mooi huisje uitgezocht, direct bij de achteruitgang van het park. Konden we zo met onze hond het bos in.

Na het inchecken gingen we er nog even op uit. Wij wilden nog wat spullen kopen. Eten voor vandaag en morgenvroeg hadden wij bij ons, maar geen spullen voor de hobby.

Na het eerste rondje over het Zwiggelterveld met onze hond, op naar Beilen. Beilen is voor mij dat dorp aan het spoor met die grote zuivelfabriek, de DOMO, doet mij altijd weer aan het gelijknamige liedje DOMO van de Boegies denken. Maar ja DOMO is inmiddels gefuseerd tot Friesland-Campina, zoals bijna alle zuivelindustrie in Nederland.


Afijn, wij zetten onze wagen bij de Action neer. Daar scoorden we nog wat schilderstuk en kaarsjes en een verlengsnoer. Het eerste, om op ons vakantieadres zo nu en dan even lekker creatief bezig te zijn á la Bob Ross(?). De tweede voor extra sfeer aldaar en het derde is voornamelijk leuk voor thuis. Vervolgens gingen we nog even naar twee kledingwinkels. Eerst bezochten wij de Takko. Tot voor kort nooit van gehoord, nu zijn we er voor de tweede keer in 3 weken, want in Bad Bentheim scoorde ik er wat leuks en vandaag mijn lief leuke kleren voor de Kerst. Ook in de Ter Stal en de Hema geweest en daarna weer naar ons tijdelijke huisje.

maandag 18 november 2019

Wild zwijn


Als wij met de hond op de Veluwe wandelen komen wij altijd wel sporen van zwijnen tegen. Ze wroeten de grond langs de paden om, op zoek naar allerlei lekkers larven enzo. In het echt zien wij ze eigenlijk nooit vrij rond lopen. Wij zijn dus meestal op het verkeerde moment op de goede plek.

In wildparken krijgen wij ze wel te zien,  bijvoorbeeld in Warstein, eentje met klitten van de klittenplant in zijn vacht.


Het wild zwijn (Sus scrofa), everzwijn of ever, is een zoogdier uit de familie van de varkens (Suidae). Het wild zwijn heeft van de varkens van de Oude Wereld het grootste verspreidingsgebied, en komt in grote delen van Europa, Azië en Noord-Afrika voor. Het is de wilde voorouder van het gedomesticeerde varken.'

Wilde zwijnen zijn van nature in de schemering en 's nachts actief. Ze zijn omnivoor en eten gewassen als maïs, erwten, bonen, sommige aardappelrassen, granen, bieten en eikels, kastanjes en afgevallen fruit. Een veelvoorkomende voedselbron vormen ook klavers, grassen en kruiden. De wilg dient als bron voor vitamine A-inname. Paddenstoelen worden niet gegeten, terwijl ze wel dierlijke eiwitten innemen door het eten van gewonde dieren, jonge vogels, hagedissen, regenwormen, muizen en aas.Vaak wroeten ze met hun gevoelige snuit in de bodem. Door dit gewroet komt de minerale ondergrond vrij waardoor bepaalde zaden beter ontkiemen.

Wilde zwijnen leven in groepen die rotten worden genoemd en bestaan uit vrouwtjes met hun jongen en een- en tweejarige zwijnen. Een typische rotte bestaat uit twee à drie vrouwtjes en de groep bestaat vaak uit ongeveer twintig individuen. Groepen van groter dan 50 individuen zijn echter vastgesteld. Keilers leven buiten de paringstijd meestal solitair. Onvolwassen mannetjes kunnen zich soms in los groepsverband ophouden.

Het zwijn ziet slecht; zij kunnen een mens niet herkennen als deze zich niet beweegt. Hun reuk- en tastzin, echter is zeer goed ontwikkeld, waardoor ze in bijvoorbeeld Frankrijk voor het zoeken naar truffels worden ingezet. Wilde zwijnen hebben ook een zeer fijn gehoor.


Wilde zwijnen kunnen in gevangenschap 15 tot 20 jaar oud worden, in het wild 8 tot 10 jaar.

Schinkeberg, laatste vakantiedag

Het is 18 augustus 2014 en voor het eerst sinds 2001 gaan wij in onze 'hoofdvakantie' niet met onze boot. Samen bezoeken wij met auto en tent 3 Duitse campings. Vandaag is onze tweede en alweer laatste volledige dag op de camping in Osnabrück. Dit komt meer door het weer, dan door de plek, want die is prima.

Gisteren, een regenachtige dag in Lienen en Bad Iburg, vandaag blijven wij in Osnabrück op onze camping op de Schinkelberg.

Vanmorgen waren we wat later op. Ondertussen allebei wel weer al een boek uitgelezen. Ook vandaag weer buiten ontbeten. Na het eten nog even buiten zitten lezen en wij gingen vast afrekenen bij de kampbeheerder. Wij konden de camping wel overnemen. De beheerder vond het na 40 jaar wel welletjes, maar ja wij ambiëren niet een loopbaan als beheerdersechtpaar in Duitsland. Voor ons geen Ik Vertrek.

Na de betaling gingen wij even de stad in. Wat rondgelopen, met de kinderen ge-appt, paar bakjes espresso. Weer rondgelopen. Fotootje hier, fotootje daar, eten in dezelfde pizzazaak waar wij een jaar eerder met zijn vieren waren.  Met een omweg reden wij nog naar het winkelcentrum en supermarkt om ons lege krat terug te brengen, de laatste boodschappen te doen en nog even te tanken.

Mijn vrouw had nog een handig nieuw tasje bij de KiK gekocht en nu, want al met al werd het weer zo’n regenachtige dag, schuilen wij weer met een leesboek in de tent. Ook daalt de temperatuur bij elke bui met een graad of 5. Maar ja we hebben nog wel lekker vakantie. Nog maar wat gelezen, ’s avonds nog even rummikub, weer verliezen en dan nog wat fleskes Holsten bier.


Morgen naar huis.

Bad Iburg, dicht!


Het is 17 augustus 2014 en voor het eerst sinds 2001 gaan wij in onze 'hoofdvakantie' niet met onze boot. Samen bezoeken wij met auto en tent 3 Duitse campings. Vandaag is onze eerste volledige dag op de camping in Osnabrück.

De 1e nacht op camping Niedersachsenhof in Osnabrück. We konden vanmorgen buiten ontbijten, maar dat was ook het enige wat nog echt buiten kon. Het is een regenachtige dag. Na het ontbijt besloten wij wat te toeren. Wij gingen richting Bad Iburg. Het slot moesten wij maar even bekijken. Een slechtweer attractie toch. Bleek ie pas om 2 uur open te gaan op zondag.
Slot Iburg

Dan maar een rondje er omheen kuieren en weer verder. Auto in en in westelijke richting. Komen wij bij Lienen uit. Weer wat foto’s maken en koffie gehaald en gedronken op de bank bij café Pellemeier. Wij weer verder, een mooie weg over door het bos met haarspeldbochten. De wielrenners die eerder ook bij ons in het café zaten ploeterden door de regen omhoog. Voor ons was het lekker toeren.
Boven over de smalle weggetjes kwamen wij weer bij Bad Iburg uit. Daarna weer wat rondrijden in oostelijke richting. Mooie omgeving ook. Toen weer naar de tent.

Wij de tent in. Oeps, fototoestel is nog in Lienen. Gelukkig hadden wij een kaartje van de zaak en mijn lieverd belde even. Ze hadden het fototoestel nog liggen. Wij weer terug over de autoweg, over Harderberg, waar wij ’s ochtends ook nog even op de Truttenmarkt waren. Foutje van ons, wij dachten, dat ze kleding verkochten, maar het was een vlooienmarkt. Berg over richting Bad Iburg (kasteel is nog dicht) en richting Lienen. Toestel weer gekregen en de mensen herzlich bedankt. Weer terug naar Iburg, kasteel nu open, maar geen zin meer, stad door, camping!


Borreltijd. Paar triple secjes in de tent, want buiten….
Naar de borrels nog even lekker lezen, macaroni eten, koffie maken en drinken.
Ja dit was een ‘rustig’ regenachtig vakantiedagje. Morgen alweer de een na laatste dag van deze vakantie.

Osnabrück, Niedersachsenhof


Het is 16 augustus 2014 en voor het eerst sinds 2001 gaan wij in onze 'hoofdvakantie' niet met onze boot. Samen bezoeken wij met auto en tent 3 Duitse campings. Vandaag breken wij onze tent weer op  in Münster en verkassen wij naar de volgende en derde camping in Osnabrück.

Vanmorgen alweer vroeg wakker. Een evenement. Weer verkassen. 7:15 stonden wij op, douchen en met die rare bolderkar de eerste spullen naar de auto brengen. Na ’t ontbijt op dezelfde wijze de rest verslepen. Ik moest zelf ook nog even naar de ‘kampwacht’, om de stroom uit het kastje los te krijgen, want alles werd hier goed bewaakt en afgesloten.

uitzicht op het Wiehengebergte

Op naar Osnabrück. Prachtig ritje en weer terug naar meer heuvelachtig landschap. Dus genieten. Na een vlotte rit over binnenwegen kwamen wij op de camping aan. Gemoedelijk allemaal, de beheerder van deze camping had voor ons een mooi plekje met stroom tegen de bosrand aan. Daar waren wij dan op een mooie plek tussen de bergruggen Wiehengebergte en  Teutoburgerwoud.


Kwart over 11 hadden wij het hele spul alweer staan! Koffie! Relaxt nog boodschappen gedaan. Spullen voor barbecue. Rond 2 uur zaten wij al te barbecueën. Maar goed ook, toen wij om 3 uur even lagen uit te buiken in de tent, viel er een buitje.
’s Avonds nog een mooi eindje gewandeld. Het was toch weer een topdag.

Morgen de omgeving verder verkennen.

Meer over en vanuit Osnabrück staat in onderstaande stukjes

vrijdag 15 november 2019

Frenckenhorst, Who Killed Bambi?

Het is 14 augustus 2014 en voor het eerst sinds 2001 gaan wij in onze 'hoofdvakantie' niet met onze boot. Samen bezoeken wij met auto en tent 3 Duitse campings. Gisteren aangekomen vanuit Delecke in Münster. Deze dag de eerste volle dag op de tweede camping.

Vanmorgen alweer om kwart over 7 wakker. Veel verkeerslawaai hier op de camping in Münster. Na het ontbijt met een gebakken eitje op de picknick bank waar wij nog even kletsten met de 2 fietsburen, op naar Münster. We vonden gemakkelijk een parkeergarage. Daar liepen wij dan in Münster. Verspreid een handvol mooie oude kerken, een paar rijtjes geveltjes en verder alles na-oorlogs met veel PC-Hooftwinkels. Niks an dus.

Binnen een uur zaten wel al weer weg naar een andere plaats in deze vlakke omgeving. Uiteindelijk deden wij de boodschappen in een dorp dat Frenckenhorst heet. Drie supermarkten en nog wat winkels vlak bij elkaar. In de vriezer van de Aldi vonden wij hertenbiefstuk in de aanbieding.
'Who Killed Bambi?' Gaan wij vanavond heerlijk van eten.

’s Middag hebben wij op de camping gewassen. Ach op vakantie is dat ook altijd wel een evenement.
’s Avonds heerlijke gekookte aardappelen, verse boontjes en hertenbiefstuk gegeten met salade. Lekker!
’s Avonds nog een lange heen en weer wandeling gemaakt achter de camping langs het water. Vervolgens chips, twee bier en nog even rummikub.

Morgen naar de dierentuin.

Delecke, naar Münster


Het is 13 augustus 2014 en voor het eerst sinds 2001 gaan wij in onze 'hoofdvakantie' niet met onze boot. Samen bezoeken wij met auto en tent 3 Duitse campings. Deze dag verkassen wij van de eerste naar de tweede camping.

Vanmorgen weer mooi intijds wakker 7:15 en het was gelukkig droog. Toen mijn vrouw aan het douchen was had ik de binnentent, luchtbed en dekens al in de auto en dat vond ze een aangename verrassing.  Lekker ontbeten, de rest ingepakt en als laatste de tent. Op naar de volgende bestemming. Delecke verlaten…

Delecke

Delecke Südufer

… en zonder oponthoud naar Münster gereden. Best lekker om ook weer eens wat verder van je af te kunnen kijken.

Leuke camping, maar een nadeel was dat wij niet met de auto op het tenten-terrein mochten komen. Ons hele hebben en houden moest met de bolderkar van de auto naar het terrein ge-heen-en-weerd worden. De tent stond zo weer en tussendoor dronken we volop koffie.
’s Middags hebben wij heerlijk gezwommen in het ruim opgezette openlucht zwembad tegenover de camping. ‘Zoals het hoort’ aten wij rond 6 uur. Echte campingkost, gekookte aardappelen, appelmoes en een plak ham. Smullen hoor.

’s Avonds een stevig potje Rummikub op het terras.

Morgen hier de boel maar weer eens verder verkennen.

Warstein, Wildpark


Het is 12 augustus 2014 en voor het eerst sinds 2001 gaan wij in onze 'hoofdvakantie' niet met onze boot. Samen bezoeken wij met auto en tent 3 Duitse campings.

De laatste volle dag aan de Möhnesee. We worden al wat later wakker. Vanmorgen was ’t ook echt half 9 toen we opstonden. Ontbijten deden wij vandaag met een gebakken eitje, bolletjes en een knäckebröt, vers geperst sinaasappelsap en koffie, want die is met het water hier wel goed, thee niet zo. Na het ontbijt besloten wij toch maar naar Warstein te gaan. Heen omgereden via de snelweg en dan ver na Soest zuidelijk via de autoweg. Wij zijn Warstein door gereden en rechtstreeks naar het Wildpark gegaan. Dit is toch wel een mooi park.


Bergachtig en de rotsen van de druipsteengrotten. Herten, zwijnen, vossen en nog wat dieren liepen redelijk vrij in mooie weiden. De marters hadden wel een klein hok. Het wasbeertje liet zich het liefst uit zijn omheining bevrijden...
de wasbeer wil eruit

...en de lynxen lieten zich niet zien, maar al met al een mooi uitje.
Terug rechtstreeks de autoweg richting Möhnesee genomen. Onderweg boodschappen gehaald in een Lidl en bier in een andere supermarkt. Ook weer een Umleitung vandaag, hoog door een dorpje op een berg en nu via die andere brug bij Stockum terug naar de Südufer. Nog even gestopt bij een haventje, maar was niet veel, toen naar de tent terug.
vosje

Eerst heerlijk gelezen en geluierd, toen een wijntje. Gekookt op de tafeltennistafel, gebakken aardappeltjes en cordon bleu. Deze na een hele dag mooi weer in de regen in de tent opgegeten. Om een uur of 8 ’s avonds zitten de eerste spullen alweer in de auto voor de ‘verplaatsing’ naar Münster.

In het wilpark van Warstein zagen wij onder andere:

Arnsberg, pinnen


Het is 10 augustus 2014 en voor het eerst sinds 2001 gaan wij in onze 'hoofdvakantie' niet met onze boot. Samen bezoeken wij met auto en tent 3 Duitse campings.

Gisteren waren wij aangekomen op onze 1e camping aan de Möhnesee.

Rond 7 uur hadden wij de slaap al uit. Heerlijk relaxt zaten wij een uur later al te ontbijten. Na het ontbijt ben ik heerlijk een rondje gaan hardlopen langs de Möhnesee en de Hevesee.  Toen dronken wij samen op ons gemak koffie in de zon. Mensen om ons heen braken allemaal hun tenten op. Zo hadden wij wat te zien. Na de koffie wat touren. Zuidelijke afslag richting Arnsberg. Mooie heuvelachtige route er naar toe. Wat (ver)dwalen door het gebied. Een mooie wandeling gemaakt aan de rand van de stad. Verderop in de stad hebben wij even gepind. Toen eindelijk door een mooie tunnel reden wij de stad uit, tankten wij even en weer verder.


Via wat andere dorpen en stadjes kwamen wij in Günne.  Wij hebben eerst een uur gewandeld en geklommen over de stuwdam (Sperrmauer zeggen ze hier). Vervolgens zijn we patat en een Wiener schnitzel gaan eten, lekker! Als groente hadden wij een blaadje krulsla. Via de oever van het meer zijn wij weer teruggereden naar Delecke, de brug over naar de zuidoever. Om half 4 hadden wij al heel wat gezien en een heel mooie dagbesteding gehad. Mooi nou?

Körbecke, Möhnesee


Het is 9 augustus 2014 en voor het eerst sinds 2001 gaan wij in onze 'hoofdvakantie' niet met onze boot. Samen bezoeken wij met auto en tent 3 Duitse campings.

Een heel andere vakantie deze keer met de auto en de tent. Via Dortmund gereden, heel anders dan eerst de bedoeling was. Nog in de file gereden, maar na een flinke autorit toch aangekomen.
Ik nam het grootste deel van het tent opzetten en luchtbed oppompen voor mijn rekening, want mijn vrouw had tenslotte het hele eind gereden. Om drie uur konden wij het terrein bij Delecke Südufer af. Daarvoor had de slagboom pauze en konden wij niet weg naar Körbecke aan de overkant van het stuwmeer voor de boodschappen. Daar waren twee supermarkten, wij konden voldoende inslaan.
Net gingen wij koken en uiteraard ging het gas op, pfff. Ik weg over de camping om nieuw gas. We hadden al 2 biertjes op, dus wilden wij de auto niet meer pakken. Maar wat is vakantie toch fijn!!!
‘Ons soort’ Campingaz tankjes waren op deze camping niet te koop. Toen hebben wij de boontjes maar koud gegeten en het vlees gebarbecued. Lekker!

’s Avonds lekker buiten gezeten voor de tent en genieten van wat er om ons heen gebeurde. Buurjongetjes aan het spelen met een bal en later verstoppertje. Toen ’t donker begon te worden hebben wij nog even een wandelingetje gemaakt over het kamp. Rond kwart over 11 gingen wij lekker slapen op de tonen van het festival een paar kilometer verderop in Körbecke.

Wat gaat morgen brengen?

woensdag 13 november 2019

Skeeleren

De sporten die ik het meest beoefen of heb beoefend zijn, voetbal, atletiek, schaatsen en fietsen, maar ik heb ook een poosje fanatiek geskeelerd. Dat is natuurlijk zo gek niet, want het is gewoon schaatsen op wielen.

Ergens aan het begin van de eeuw, toen wij nog in Harderwijk woonden, kreeg ik een paar mooie Hypno skates op mijn verjaardag. Mijn vrouw had op dat moment ook al een paar skates. Vanaf dat moment gingen wij vaak samen op een doordeweekse vrije dag een eind skeeleren in de omgeving. Ik wisselde dit af met mijn hardlopen.

Wij reden dan bijvoorbeeld de langs het Wolderwijd richting Horst, bij linksaf richting Ermelo, op een gegeven moment staken wij dan de straatweg over en kwamen wij op de lekkere betonpaden in de bossen tussen Harderwijk en Ermelo in. Aan het eind van zo'n rit door de bossen, moesten wij dan nog door de stad weer terug naar ons huis aan het Wolderwijd. Als je dan de A28 overging en de brug weer af, was het altijd goed kijken, want remmen is een stuk lastiger dan op een fiets of op schaatsen op het ijs. Het ging trouwens altijd goed.

Na onze verhuizing naar Zwolle bleven wij ook regelmatig skeeleren. In Zwolle de Hasselterdijk langs naar Hasselt en dan linksaf over het industrieterrein en langs de N331 skeelerden wij weer terug en reden wij halverwege de terugweg via de Ruimzichtweg de dijk naar huis weer op. Het asfalt destijds in Hasselt was helaas niet van goede kwaliteit. Tegenwoordig ligt het er ook daar mooi glad bij.

Op een gegeven moment kaapte mijn zoon mij skates en heeft ze helemaal afgeragd. Toen kocht ie een paar aggressive inline skates. Dit is echt een van zijn sporten gebleven en hij rijdt nu nog in zijn auto de skateparken in de wijde omgeving af. Voor mij stopte het skeeleren en ik heb deze sport niet meer opgepakt. Ik genoot er trouwens wel van. onze gezamenlijke ritten.

zondag 10 november 2019

Eik

Op ons rondje vanmorgen met onze hond in het bos bij de Leemkule en ook vanmiddag weer met een rondje omhuizen, kom ik ze volop tegen: eiken: een sterk tot de verbeelding sprekende boom. Vroeger zochten wij altijd al eikels voor herfststukjes enzo. In onze omgeving zo vlak bij de Veluwe zijn ze volop. Vroeger in Leeuwarden moesten wij beter ons best doen, daar stonden niet zoveel eiken die in de herfst eikels lieten vallen. Daar was kastanjes zoeken gemakkelijker.



De zomereik, Quercus robur, is een kenmerkende boom van de zandgronden van oostelijk Nederland, maar ook van grote delen van Engeland en Duitsland. Het is een zeer variabele soort: in de duinen en de arme zandgronden zoals op de Veluwe is het vaak een lage, vrijstaande boom met korte kromme stam en grillige takken of een magere, langzaam groeiende bosboom.
Op dergelijke gronden was hij ook vanouds te vinden als hakhout: de korte stammetjes (stobben of stoven genaamd, groeiend in zogenaamde strubbenbossen) werden om de 6 tot 10 jaar ontdaan van de nieuw aangegroeide takken, om deze te gebruiken als looistof. Dergelijke stobben en strubben hebben het vermogen om eeuwenlang opnieuw uit te lopen. 
In oude agrarische landschappen op arme gronden als in Drenthe en Brabant was de zomereik veel te zien in houtwallen: vaak wat spichtige kromme bomen, maar soms ook eeuwenoud.
In wat vruchtbaarder streken als Twente, Achterhoek of  Veluwezoom, groeien  ze vaak uit tot reuzen; als hij tijd en ruimte krijgt kan hij zich in eeuwen ontwikkelen tot een majestueuze reus met een dikke stam en een brede, losse kroon met hoekig kronkelende takken. 

Een nauw verwante soort is de wintereik, Quercus petraea. Deze is in Nederland vrij zeldzaam. Hij groeit van nature vooral op goed ontwaterde, matig zure leemhoudende zandgronden. Op zware en slecht ontwaterde kleigronden is hij niet te vinden, maar evenmin op zeer arme zandgronden, groeiplaatsen waar de zomereik zich wel thuisvoelt. De Wintereik zou meer dan de zomereik voorkomen in heuvelgebieden met een vrij hoge neerslag.  Er zijn een paar verschillen: de wintereik houdt in de winter zijn (bruine)blad vast, de zomereik niet. Het steeltje aan het blad bij de wintereik is langer dan het steeltje van de zomereik: 10-29 mm versus 2-8 mm. De napjes van de eikels van de zomereik staan op een steeltje, de napjes van de wintervariant hebben geen of een zeer kort steeltje.

Reuzenbovist

Op deze zonnige zondag deed ik vanmiddag, zoals zo vaak een rondje met de hond. Ik had ze dit najaar al vaker gezien dicht bij huis, maar vanmiddag kwam ik weer een aantal zo'n 30 cm grote reuzenbovisten tegen. Ze waren al over hun beste tijd heen en wat aan het verkleuren...

Ik heb ze mooi laten staan.




De reuzenbovist (Calvatia gigantea, synoniem: Langermannia gigantea) is een grote paddenstoel uit de familie Agaricaceae. Deze saprofyt groeit op de grond in onder meer weilanden, tuinen, wegbermen en ruigtes.  Hij vormt soms heksenkringen. Het is een vrij algemeen voorkomende paddenstoel, met name op zandige of verstoorde klei- en veengrond en op plaatsen waar schapen geweid zijn. Van zomer tot herfst is de soort aan te treffen.Het bijna bolvormige witte vruchtlichaam heeft een doorsnede tot 80 cm. Vaak is hij leerachtig en soms glanzend. Aan de onderzijde is hij iets gegroefd. Het inwendige is eerst wit en stevig vlezig. Als de sporen rijp zijn, verandert de kleur van de paddenstoel in olijfbruin en het geheel wordt zacht en poederig. De bevestiging in de grond met dikke myceliumstrengen is maar losjes. Wanneer de vruchtlichamen rijp zijn en open scheuren worden miljarden sporen door de wind verspreid. Als het vlees nog wit is, is de reuzenbovist eetbaar. Er kunnen bij de groei echter zware metalen in opgeslagen zijn in concentraties die voor voedingsmiddelen in België en Nederland niet zijn toegestaan en de reuzenbovist bevat weinig voedingsstoffen en smaak.

Omhuizen's straatvoer

Modernisme streetfood, of streetfood. Eigenlijk is het dus gewoon straatvoer. Eten wat je op straat aanschaft en opeet. Bij ons omhuizen is dat gewoon de oliebollenkraam, de viskar en de patattent. Soms een bekertje koffie, dat op straat wordt verkocht. Eergisteren tijdens het doen van boodschappen, konden mijn vrouw en ik de verleiding weer eens niet weerstaan en hebben wij een lekkere oliebol bij de oliebollenkraam bij het winkelcentrum gekocht. Wij worden met zijn allen al weer warm gemaakt voor de feestdagen en oliebollenkramen bij de winkelcentra horen er dan bij.

Ook foodtruck is zo'n modern begrip.  Eigenlijk bestaat dat ook al een eeuwigheid, zolang er bestelauto's bestaan worden die omgebouwd, tot viskar of patatwagen, waarin wordt gebakken en waaruit wordt verkocht en dan hebben wij al decennia de auto's waaruit van die lekkere Vietnamese loempia's worden verkocht. Niets nieuws onder de zon dus, zo'n voerwagen.



zaterdag 9 november 2019

Bad Bentheim, dagje Duitsland


Met zus, zwager, mijn ouders, mijn vrouw en de toen nog 4 kleine kinderen van ons, waren wij op een maartse zondag in 2003 al eens in het kasteel van Bad Bentheim geweest, een mooie burcht op een zandsteenheuvel aan de rand van het stadscentrum van dit Duitse stadje.

Mijn vrouw en ik besloten er afgelopen zaterdag opnieuw eens naar toe te gaan. Heen reden wij vanaf Zwolle over Nijverdal en Almelo (dus veel tweebaans) naar dit stadje. Er aangekomen gingen wij eerst even winkelen in het winkelcentrum Schlossparkcenter. Wij slaagden goed bij de DM en Takko Fashion. Zo hadden wij in de eerste 20 minuten Bentheim alweer mooi wat Sinterklaascadeautjes binnen.
Kasteel Bentheim met kruittoren
Na de boodschappen liepen reden wij naar de parkeerplaats van het Slotpark en liepen wij om het kasteel heen naar de ingang. Entree betaald. Wat is Duitsland toch voordelig: parkeren € 2, entree € 5 p.p. Eerst even de kapel bekijken en toen omhoog achter de kantelen langs lopen over de omgang en ik ben nog even de kruittoren in geklommen. Daar bovenop heb ik nog wat foto's gemaakt en een groep Duitse toeristen vroeg mij nog even een groepsfoto te maken. Kan altijd natuurlijk.



Na de omgang bovenlangs, staken wij de binnenplaaats van de burg over, om eerst het alchemistisch laboratorium te bekijken en de ronde batterijtoren en daarna het prachtige laat 19e eeuws ingerichte Kronenburg.

Hier nog de slaapkamer bekeken waar Koningin Emma vroeger geregeld uit logeren ging en andere mooie inrichtingen en glas in lood ramen. Na het kasteel gingen wij nog even het stadje in, om wat te eten te zoeken. Bad Bentheim  zelfs heeft maar een klein centrum en buiten het kasteel zijn er verder niet echt imponerende bouwwerken, maar het is wel even leuk.

Mijn vrouw deed nog leuke inspiratie op in een soort van souvenirwinkel, waar onder andere mooi beschilderde waxinelichthouder glaasjes stonden. Wij vonden deze met een prijs boven de € 10 per stuk te duur, maar nu een kleine week later heeft zij er zelf al drie hele leuke gemaakt en ook nog een groot oud windlicht beschilderd.

Tijd voor een goed maal. Wij gingen restaurant Alt Bentheim binnen, hier heerlijk samen gegeten, een Bentheimer pannetje met allerlei soorten vlees, gebakken aardappelen, boontjes en salade met een heerlijke Warsteiner 0.0. Tegen de avond kwamen wij blij en tevreden weer in Zwolle aan over de snelweg deze keer.


vrijdag 1 november 2019

Postojna, alleen ontbijt

In 1990 zijn wij 1x met een buspendel op een lange vakantie geweest. Het einddoel was het inmiddels in meerdere landen uiteengevallen Joegoslavië.

18 Juni om 11:15 vertrokken wij samen uit Utrecht. Na een stop in Weert om ongeveer 1 uur vertrokken wij in de juiste bus naar Joegoslavië. Van lezen in al de meegenomen lectuur kwam in de bus niet veel, naar buiten kijken is toch gemakkelijker.
’s Avonds een lekkere (nou ja) maaltijd genomen ineen Beiers wegrestaurant in een Duits stadje en verder naar Oostenrijk. In pikkedonker zijn wij door Oostenrijk gereist (jammer), toch geprobeerd om zoveel mogelijk te bekijken.
Nadat wij via een steile bergpas om ongeveer half 5 bij de toenmalige Joegoslavische grens in Slovenië kwamen, konden wij nadat de douaniers ons een stempel in ons paspoort hadden gegeven en het  licht was geworden toch nog bergen zien met sneeuw, heel mooi. Het Alpenland Slovenië ziet er toch heel anders uit dan ons einddoel deze vakantie Kroatië.

Vroeg in de ochtend, nog voor het ontbijt reed onze bus nog door de Sloveense hoofdstad Ljubljana waar wij allemaal arbeiders onderweg naar hun werk langs een snelstromende rivier zagen lopen.

Om half 8 zetten wij voor het eerst voet op Joegoslavische bodem in Postojna voor een ontbijt. Verder hebben wij hier toen niets van deze stad gezien.  Na deze pauze reden wij weer verder.

Voordat wij Istrië inreden, schampten wij nog de Italiaanse grens en zagen wij beneden de Italiaanse stad Triëst liggen. In Italië zouden wij dat jaar nog niet komen. Op het schiereiland Istrië aangekomen, braakte de bus langs de kustplaatsen van Istrië beurtelings groepjes vakantiegangers uit. Wij waren in Rovinj aan de beurt.

Hulst


In het parkje waar ik dagelijks met mijn hond loop staan twee grote hulstbomen tussen een beuk en een tamme kastanje. Hulst is een mooie altijd groene struik of boom. In onze tuin staat er geen. Op zich geen nadeel wanneer je zomers veel op blote voeten loopt. In Harderwijk had onze buurvrouw wel hulst in de tuin. Die hulst stond tegen de schutting en erfgrens aan. Blaadjes vielen dan wel eens in ons gazon. Wanneer wij dan zomers in korte broek op blote voeten door het gras liepen en op een afgevallen blad stonden… AU!!!. Verder is het vooral een mooie boom, waarvan de takken het over twee maanden weer goed doen in kerststukjes.


De hulst (Ilex aquifolium) is een plant uit de hulstfamilie (Aquifoliaceae) die van nature voorkomt in het West- en Zuid-Europa, noordwest Afrika en zuidwest Azië. Het is de enige groenblijvende loofboom die van nature voorkomt in de Benelux. De hulst komt voor in beuken- en eikenbossen: de boom verdraagt een zure grond. De langzaam groeiende boom kan tot 10 meter hoog worden en gemiddeld 100 jaar oud. De leerachtige bladeren van de hulst zijn getand en voorzien van stekels. De plant heeft rode bessen. De hulst is een tweehuizige plant; de mannelijke en de vrouwelijke bloem komen op verschillende planten voor.  Hulst bloeit in mei en juni en wordt door insecten bestoven. Voor mensen zijn de bessen giftig, voor vogels niet. De larven van de bladmineerder voeden zich in en met hulstbladeren. Ook de bladluis Aphis ilicis voedt zich met hulstbladeren. 
De hulst wordt gebruikt in hagen en  kan schaduw goed verdragen. Er zijn vele cultivars ontwikkeld, die je kan vermeerderen door middel van stekken. De bladeren en bessen worden gebruikt in kerststukjes. Hout van de hulst wordt gebruikt voor meubilair en inlegwerk. Jonge  bladeren kunnen in juni worden geplukt en gedroogd. Thee die hiervan wordt getrokken, werkt koortsverlagend en urinedrijvend.