zaterdag 26 oktober 2019

Cantharel, of hanenkam


Gisteren waren wij weer eens met onze hond bij de Leemkule. Het is paddenstoelentijd. Onder de naaldbomen vlak bij de Leemkule zelf kwamen wij cantharellen, of hanenkammen tegen. Ik weet dat deze paddenstoelen lekker zijn, in Knittelsheim  heb ik eens een heerlijk gerecht met cantharellen gegeten. En het leek of er ook al door wild aan dezen geknabbeld was. Wij hebben ze in elk geval laten staan.



De hanenkam of cantharel (Cantharellus cibarius) is een paddenstoel uit de familie Cantharellaceae. Hij wordt ook 'dooierzwam' of 'girolle' genoemd. Het is een eetbare paddenstoel met licht peperachtige smaak. De 3-10 cm brede hoed van de hanenkam is in de jeugd bolvormig, later trechtervormig met een wat ingerolde rand. De kleur van de hoed varieert van wittig tot dooiergeel en zelfs oranje. De dooiergele lijsten aan de onderkant van de hoed zijn onregelmatig gevorkt en lopen ver op de steel af. De 3-8 cm lange steel heeft de kleur van de hoed en wordt naar beneden smaller. Het witte vlees heeft de geur van abrikozen. De hanenkam komt tegenwoordig veel minder voor dan in het verleden, wellicht door overmatig verzamelen. Op zure zandgrond is hij vrij algemeen in naald- en loofbossen bij den, eik, beuk en berk van juni tot oktober. De soort komt voor in Aziƫ, Noord-Amerika, Europa en Australiƫ.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Dank voor je reactie!
Een groet van Zwerver