vrijdag 27 maart 2020

Witstaarthert

Zo algemeen als de ree bij ons in Nederland is, is het witstaarthert dat in de Verenigde Staten van Amerika. Was Bambi in het oorspronkelijke boek uit 1923 van de Oostenrijker Felix Salten een ree, in de veel beroemdere film uit 1942 naar het boek van Walt Disney, was Bambi een witstaarthert geworden.

Witstaartherten zagen wij geregeld in het oosten van de Verenigde Staten, zoals hieronder in juli 1992 in Hackettstown. In de buitenwijken lopen ze zelfs overdag gewoon door de tuinen, dat was sowieso een gedenkwaardige vakantie.


Het witstaarthert of Virginiaans hert (Odocoileus virginianus) is een Amerikaans hert. Hij komt voor in Zuid-Canada, de gehele VS behalve het zuidwesten en geheel Midden-Amerika zuidwaarts tot Brazilië en Peru. Je kunt hem treffen in bossen, woestijnen, bergen en moerassen. Zelfs in buitenwijken wordt het witstaarthert (zoals op deze foto) aangetroffen. De soort is ingevoerd in Nieuw-Zeeland, Finland, Tsjechië en Slowakije.
Het witstaarthert heeft een schofthoogte van 68 tot 114 centimeter, een staartlengte van 15 tot 33 centimeter en een kop-romplengte van 173 tot 180 centimeter. Mannetjes wegen 68 tot 141 kilogram, vrouwtjes 41 tot 96 kilogram.
In de zomer is de vacht roodachtig bruin, in de herfst grijzig bruin. De onderzijde is wit, evenals een keelvlek, de kring om de ogen en de snuit en de binnenzijde van de oren. De bruine staart is aan de onderkant en op de punt wit, waaraan het dier zijn naam dankt. De bok draagt een gewei. De kalveren zijn gevlekt.
Het witstaarthert is een nachtdier dat zich ook regelmatig overdag laat zien. Ze nemen altijd dezelfde gangen op zoek naar voedsel. Ze eten grassen, kruiden en bladeren. Ze eten 2 tot 4 kilogram aan voedsel per dag. Om dit dagelijks te verkrijgen, vult hij zijn menu 's zomers aan met waterplanten, in de herfst met noten en maïskolven en 's winters met twijgen en knoppen, bast, paddenstoelen en korstmossen. Er is ook gezien, dat ze soms de nesten van loopvogels leegroven. Water haalt hij niet alleen uit zijn voedsel, en hij moet dus regelmatig drinken.
Witstaartherten zijn groepsdieren. Een groep bestaat uit bokken of uit een moeder met haar jongen. Een bokkengroep bestaat uit drie tot vijf dieren. In de groep heerst een hiërarchie. De herten dagen elkaar uit door te staren, het hoofd omhoog of omlaag te knikken of de oren te laten hangen. Een gevecht bestaat meestal uit schoppen. De hiërarchische volgorde wisselt regelmatig en valt uit elkaar bij het begin van de bronsttijd. 's Winters vormen de bokken en hindes samen grote kudden, tot wel honderdvijftig dieren. De dieren zijn niet territoriaal. Een hinde leidt de groep.
Poema en wolf zijn de belangrijkste natuurlijke vijanden van een wistaarthert. Bij gevaar maakt het hert snuivende geluiden en stampt hij met zijn hoeven. Vluchtend vlagt hij zijn staart, waarbij de grote witte vlek (de spiegel), die normaal wordt verborgen door de staart, zichtbaar wordt. Dit doet het hert om soortgenoten te waarschuwen. Via de witte vlek kan ook het kalfje de moeder volgen.
Witstaartherten kunnen goed zwemmen en rennen (58 km/uur). Ook kan hij 9 meter ver en 2,6 meter hoog springen.

Meer over en vanuit Hackettstown staat in onderstaande stukjes

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Dank voor je reactie!
Een groet van Zwerver