donderdag 27 mei 2021

Brandnetel

 Na de lunch en tussen twee buien ga ik maar weer eens een rondje met de hond lopen. Door al die regen, wordt de wereld om mij heen wel steeds groener. Da's toch wel mooi en fris. De hond staat even te snuffelen bij de parkvijver. Tussen de kant en de bomen, groeien de brandnetels met de dag.

Tsja bij onkruid verwijderen is de plant irritant, of wanneer je er zomers met je blote voeten langs loopt. Als kind zijn de meesten (ook ik) er wel eens mee geconfronteerd of in gevallen. Hoort erbij.



Brandnetel (Urtica) is een plantengeslacht, waarvan in Nederland en België de grote brandnetel (Urtica dioica) en de kleine brandnetel (Urtica urens) voorkomen. Het geslacht kent tussen de 30 en 45 soorten, waarvan er 4 in Midden-Europa voorkomen. De kleine brandnetel is zowel eenhuizig (met mannelijk en vrouwelijke bloemen) als eenjarig en met een penwortel, anders dan de tweehuizige grote brandnetel, die heeft een wortelstok heeft. De bloemtrossen van de grote brandnetel hangen in okselstandige aren, van de kleine brandnetel staan ze rechtop. Beide brandnetels hebben brandharen aan de stengel en aan de bovenzijde en rand van het blad. Aanraking met brandnetels wordt gemeden door de mens, omdat de brandharen van de plant jeukende en geprikkelde huidirritaties veroorzaken. Deze brandharen (uitsteeksels van de bladeren) bevatten namelijk stoffen als histamine en diverse zuren. De grote brandnetel wordt ook wel in de keuken gebruikt, bijvoorbeeld voor soep of kruidenthee. Door de bladeren te koken of te drogen verliezen de brandharen hun werking. Grote en kleine brandnetel zijn belangrijk als waardplant voor de monofage rupsen van sommige dagvlindersoorten, waaronder atalanta, dagpauwoog, gehakkelde aurelia en kleine vos.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Dank voor je reactie!
Een groet van Zwerver